Over de drie technologische uitdagingen van groeneiwit, en de Kweekvlees professor uit Maastricht.

Ik heb wat vriendjes beloofd niet meer over de bonen professor te schrijven. Doelstelling is om in het nette Wageningen (waar ik werk en woon), de nette vrede nog even te bewaren. Nu, de case zelf stinkt natuurlijk en klopt niet, maar zal toch nog maar wat aan zelfcensuur doe. Eiwittransitie is belangrijk, vind ik ook, en nieuwe en alternatieve eiwitbronnen (wier, algen, insecten, bonen, lupine, etc.) zullen we op grote schaal kunnen gaan consumeren in de toekomst. Bonen als boon eten lukt nog wel, maar al die ander grondstoffen, gaan we waarschijnlijk eerst verwerken (extraheren, structureren) voordat op grote schaal dit de nieuwe norm wordt.

Dieren zijn fantastische wezens. In feite zijn onze varkens, koeien en kippen, de mooiste biochemische fabriekjes die we kennen, ze kunnen immers (laagwaardige) planten omzetten in hoogwaardige eiwitten (vlees) en andere bijproducten (melk, eieren). Vaak wordt verondersteld dat dit milieuonvriendelijk is, maar mijn kijk is een beetje anders. Het wordt pas milieuonvriendelijke zo gauw er olie/gas of kunstmest bij komt kijken. En weet je wat pas echt milieuonvriendelijk is? Veel mensen-kinderen maken of vliegen. Hoe kleiner het beest hoe sneller en milieuvriendelijker overigens. Een biologische kip doet het beter dan een koe (al kan deze laagwaardig gras converteren), en misschien zijn wormen en insecten nog wel praktischer.

Plantenvlees maken kan, maar er zijn nog wel drie belangrijke uitdagingen die ook niet zomaar opgelost zijn:

  1. Groei en teelt vraagt veel water en landbouwgrond. Waar gaan we zonder regenwouden te slopen eiwithoudende gewassen telen? En wie gaat dat doen?
  2. Eiwitten dienen geëxtraheerd te worden, en vrijwel altijd eerst gedroogd. Drogen is een giga-groot milieuonvriendelijk proces. En eiwitextractie op grote schaal is of nog niet mogelijk of een klassiek chemisch proces. Lupine eiwit extraheren of eiwit uit bonen en erwten fatsoenlijk halen blijft lastig.
  3. Structurer maken die op vlees lijken is gelukkig steeds beter mogelijk. Planten-pork en Planten-kip (#beeter) is prima te doen. En de uitdaging ligt op beef(producten). Dit zijn geen wetenschappelijk uitdagingen, maar wel technologische en/of opschalingsuitdagingen. Hier liggen dan ook de kansen voor machinebouwers.

Nu heeft de bonenprofessor een collega in Maastricht die zichzelf de kweekvleesprofessor noemt. Mark Post kwam vier jaar geleden in 2013 uitvoerig in de pers omdat hij de eerst geweekte hamburger had gemaakt. De technologie van het kweken van cellen stamt overigens uit de jaren 80 & 90 (ik meen Universiteit Utrecht, Willem van Eelden), dus hoeveel extra fundamenteel onderzoek er nodig was weet ik niet. Mocht vegetarische hamburgers je doel zijn, dan adviseer ik eerder de Tomeato van Moshik (met dank aan TOP bv) te eten, of de Dutch Weed Burger. Misschien geen producten die professor-waardig zijn of waar je over kunt publiceren, maar wel producten die duurzaam zijn, voldoen aan moderne smaakbehoeftes, en reeds op de markt zijn. Gewoon consumeren dus en genieten. Het kan nu al zonder de inspanning of adviezen van welke bonen- of kweekvleesprofessor. Laten we wel zijn, een hamburger maken is niet zo ingewikkeld.

Terug naar Mark Post. Briljante PR was dat in 2013 zeg! Mijn complimenten dus vooral daarvoor. Ik ben nu vier jaar laten wel razend nieuwsgierig hoe het er mee staat. Gaat het echt wat worden? Nu is mijn kritiek op de bonenprof dat ‘ontwikkeling’ geen universitaire taak is, ook Mark Post houdt zich eigenlijk bezig met een tak van sport die ik on-universitair zou willen noemen. Enfin, ik mijn vriendjes (zie eerste alinea hierboven) heb plechtig geloofd netjes te blijven, en voor het gemak wil ik dat kritiek punt daarom maar gewoon laten rusten.

Gaat het wat worden met dat kweekvlees? Tja, ikzelf denk van niet. De informatie die ik in 2013 al onder ogen kreeg, is dat het ecologisch en economisch geen haalbare kaart gaat zijn. Het economische argument bevestigt prof. Post in onderstaand filmpje. De kosten zullen heel misschien naar 10 euro per hamburgen kunnen dalen (wat natuurlijk veel te hoog is).

Zelf twijfel ik of we in een laboratorium met chemische gemaakte ingrediënten ecologisch ook maar in de buurt kunnen komen van een koe. Misschien vergis ik me. En is niet geschoten is altijd mis. En consumenten dan? Die gaan dit product niet oppikken voorspel ik maar alvast. We hebben immers genoeg keuze uit het assortiment van moderne (planten) eiwit-alternatieven om nog een Frankenstein-achtig-labproduct te willen gaan consumeren.

Plantenbiefstuk dat blijft echter een wel een zeer prikkelend onderwerp. Via een technologisch proces de smaak en structuur van biefstuk maken is de heilige graal van veel levensmiddeltechnologen. Bij mij en mijn organisatie zullen we daarom ook het denken over dit onderwerp zeker niet stopzetten! Misschien start het allemaal wel met planten-bloed. To be continued daarom.

 


Reacties

Populaire posts van deze blog

In het Zonnetje gezet: Het gelijk (in mijn ogen) van Katans mening rondom voedingswetenschappen.

Teun is geen journalist maar een slim ondernemer. En ook ik heb mijn twijfels bij de ADH-cocnept : een schijnprecisie die er niet is in de praktijk.

Ons eigen poep en pies kan onze wereld redden!